Onlangs kreeg ik een vraag over het verschil tussen empathie en compassie. Aanleiding was dat Erik Scherder empathie een ‘hersenfunctie’ noemt en zelfs de oorsprong van empathie in de hersenen kan aanwijzen terwijl ik, vanuit de dualistische stellingname van mijn boek ‘Wij zijn ons Hart’, medemenselijkheid niet tot een mechanisch proces (lees: een hersenproces) beperk. De oorspronkelijke vraag grijp ik daarom graag aan om de vraag ‘Wat is het verschil tussen empathie, sympathie en compassie?’ te beantwoorden. Want deze drie begrippen zijn geen synoniemen van elkaar: er zijn wezenlijke verschillen.
Sympathie is het je verhoogd bewust zijn van de benarde situatie van een ander persoon als iets dat moet worden verlicht (Lauren, 2005). De nadruk ligt hier op het je bewust worden ofwel tot het besef komen dat er iemand is wiens situatie jouw aandacht verdient en dat er een element van pijn of lijden is dat die persoon ervaart. Vanaf dat punt wordt bezorgdheid getoond aan die persoon. Dat klinkt ongeveer zo: ‘Ik vindt het heel vervelend voor je.’ of ‘Ik hoop echt dat je er uitkomt.’
Empathie is de inspanning van iemand die zelfbewust is en die de situatie en emotionele toestand van een andere persoon kan begrijpen, en zelfs plaatsvervangend kan ervaren. (Baron-Cohen, 2006) De meeste mensen noemen dit ‘in de schoenen van iemand anders gaan staan’. Letterlijke voorbeelden zijn het dragen van de schoenen van je partner of wanneer een man een speciaal zwangerschapspak aantrekt om zelf te ervaren hoe de mobiliteit van zijn vrouw wordt beïnvloed door zwanger te zijn. De nadruk ligt hier op het ervaren; het beleven, dat wil zeggen: in staat om bijna te voelen wat die ander doormaakt. Het klinkt meestal als: ‘Het klinkt alsof je een slechte dag op kantoor hebt gehad en dat je waarschijnlijk aan een pauze toe bent’.
Compassie gaat een stap verder. Vanaf waar een persoon empathie voelt ervaart die persoon vervolgens een verlangen om het lijden van die ander te helpen verlichten. De nadruk ligt hier op actie ofwel willen helpen. Het hebben van compassie vraagt dat die andere persoon op de eerste plaats gezet wordt, je dan voor te stellen wat de andere persoon doormaakt, en dan manieren overwegen om te helpen om die persoon het hoofd te laten bieden aan wat hij/zij beleeft en zich beter te laten voelen. Karen Armstrong, auteur van “12 Steps to a More Compassionate Life” (Nl.: ‘Compassie’), gelooft dat het fundamentele principe van compassie de gouden regel is: ‘Behandel anderen zoals jij zou willen dat anderen jou behandelen’. Het klinkt meestal als volgt: ‘Ik voel je pijn en dat het heel moeilijk is om hier helemaal alleen mee om te gaan. Is er een manier waarop ik kan helpen? ‘
Dus: Sympathie is gericht op besef; Empathie is gericht op de ervaring; en Compassie is gericht op actie.
Nadenkend over de verschillen tussen deze drie besefte ik dat handelen met compassie vereist dat we de andere persoon altijd op de eerste plaats zetten. Als je iemand helpt die noodlijdend en ‘gewond’ is dan lever je een beetje van jezelf in en richt je jezelf op die ander.
Boeddha zegt dat het waarschijnlijk het best: “Compassie is dat waardoor het hart van een goed mens in beweging komt door de pijn van anderen. Het verplettert en vernietigt de pijn van anderen; daarom heet het compassie. Het heet compassie omdat het de noodlijdende opvangt en omarmt.”
N.B. De woorden compassie en mededogen worden vaak door elkaar gebruikt en betekenen exact hetzelfde. Met dank aan Sha-En voor haar input.
Pingback: Misleide Empathie | Het Dorp
Pingback: Misleide Empathie | Het Dorp
Pingback: Amor mittens – Made By Mensch